Lisa en Fré zijn trotse ouders van Odette (2,5).
Odette gaat één september voor ’t eerst naar school. Beide ouders weten dat ze er klaar voor is, want Odette is thuis een heel pittig dametje. Ze is nieuwsgierig van aard en leert heel graag bij. Mama Lisa is echter heel bezorgd over het loslaten van haar dochter. Al in de crèche duurde het erg lang alvorens zij haar plaatsje vond.
Ook bij de grootouders, langs vaderskant, is afscheid heel moeilijk en lukt opvang niet. Wanneer heel het gezin bij hen is voor een familiefeest bijvoorbeeld, toont Odette geen probleem om alleen met opa op pad te gaan in de tuin of met andere kinderen te spelen.
Hobby’s zoals kleuterturnen lukt enkel als mama of papa er bij zijn en zelfs na een lang weekend is de crèche nog steeds een probleem.
Ik wil niet van mijn hart een steen maken aan de schoolpoort, maar ik wil ook dat Odette naar school kan gaan, opgewekt en blij, vertelt mama Lisa.
Hoe pakken we die schoolstart goed aan?
Laten we starten bij de vraag:
"Hoe ziet een kleuter dit?"
Odette is een kleuter die een veilige hechting kent waar ze zowel nood aan nabijheid en veiligheid voelt, als nood aan zelfstandige verkenning van de wereld rondom zich.
In één ruimte met één van beide ouders is dat voor haar een ideale balans om tot leren te komen. Odette toont echter nog weinig vertrouwen in zichzelf wanneer haar primaire steunfiguren, zoals mama en papa, er niet zijn. Zij zegt als het ware tegen zichzelf: ‘ik kan het niet zonder jou.’ Ze vraagt een hoge responsiviteit van mama en papa op haar onzekerheid. Of met andere woorden, de directe reactie van de ouders, hun hulp, is noodzakelijk voor haar om verder te kunnen.
Voor Odette is er nog een zwart-wit situatie: of ik kan het (comfortzone/witte zone) of ik kan het niet (bedreigde zone/ zwarte zone). Ik heb een goed gevoel of ik heb een slecht gevoel.
De goedbedoelde adviezen die haar proberen te overtuigen helpen daardoor niet. Want Odette denkt maar in één rechte lijn: dit is teveel om alleen te doen. Zonder jou heb ik een angstig gevoel dat ik niet de baas kan en voel ik me bedreigd. Samen met jou voel ik me veilig en zit ik in mijn comfortzone.
5 tips om zelf mee aan de slag te gaan.
1. Accepteer het proces.
Deze zelfstandigheid kan niet door één advies worden gecreëerd. Het is een proces waar stapgewijs ondersteuning dient gegeven te worden, afgestemd op de noden van Odette. De verschillende stapjes zijn daarbij liefst zo klein dat Odette wel telkens een beetje uit de comfortzone komt, want dan kan ze groeien, maar ook niet te ver moet uitwijken, daar ze dan vaak overspoeld wordt door emotie en in een overlevingsstrategie wordt geslingerd. Dan is ratio ver te zoeken en zal ze instinctief vluchten van de nieuwe situatie of helemaal blokkeren.
2. Elke kleuter is uniek, probeer niet te vergelijken en te spreken in termen als juist en fout.
Elke kleuter heeft zijn eigen persoonlijkheidsprofiel, met sterktes en zwaktes. Ieder heeft dus ook zijn specifieke noden. We kunnen dan misschien hopen dat Odette net zoals vriendje Jules de schoolpoort binnen huppelt, maar mogen niet voorbij gaan aan haar individuele behoeften daarbij. Bewustworden van jouw eigen verwachtingen daarrond is cruciaal om niet zelf te botsen tegen teleurstelling of een blokkade.
3. Focus op het vergroten van vertrouwen en zelfstandigheid.
Doe dit niet enkel aan de schoolpoort, want dit is meteen de moeilijkste situatie. Zet hier dagelijks op in, ook in kleine ogenschijnlijk nutteloze taken.
Maak een lijst voor jezelf met de taken, acties die jouw kleuter alleen kan doen. Orden ze volgens moeilijkheidsgraad en ga aan de slag bij de taak die hierop het laagste scoort.
Zo kan je bijvoorbeeld oefenen om thuis alleen naar het toilet te gaan, zelf de jas aan te trekken terwijl de ouder alle andere benodigdheden bij elkaar zoekt, drank inschenken, alleen naar toilet gaan bij grootouders, heel kort bij grootouders alleen blijven, een babysit thuis laten komen, met ouders erbij en vervolgens zonder ouders…
4. Spreek daarbij luidop in volgende termen:
- Benoem het gevoel van jouw kleuter en geef er een gradatie aan.
- Accepteer dat gevoel, zonder oordeel en bevestig dat dit lastig kan zijn. Geef daarbij aan dat een negatiever gevoel geen taboe is en in elk leerproces aanwezig is.
- Benoem andere oplossingsstrategieën dan de hulp van de ouder. Zorg ervoor dat je duidelijk verwoord dat de oplossingen steeds voor een vermindering van het gevoel zorgen en niet daarom meteen volledig soelaas brengt.
- Zet de successen in zelfstandigheid in de verf, hoe klein ook.
Door dagelijks te oefenen in vele situaties wordt het ongemak van een nieuwe stap steeds eenvoudiger te tolereren. Kinderen leren dat je mee nadenkt over andere oplossingen en dat jij niet het enige ondersteuningsmiddel bent. Kinderen leren vertrouwen op zichzelf, op andere zorgfiguren en leren hun negatief gevoel te verdragen en reguleren.
5. Betrek een heel zorgnetwerk.
De leerkracht, een grootouder en zelfs een knuffel of geluksarmband kunnen mee helpen. Het is belangrijk dat de kleuter in kwestie nog steeds de ondersteuning voelt die hij nodig heeft, maar dan ook vanuit zichzelf of een andere zorgfiguur dan de ouder.
Inspiratie nodig?
Oefen op een speelse manier het vergroten van vertrouwen en zelfstandigheid.
Zelf drankjes uitschenken en uitdelen aan iedereen wordt een echt feestje dankzij deze mooie zelfgemaakte versiering voor de rietjes!
Wil je graag eerdere artikels lezen?