kind-faalangst

Suze zit in de derde kleuterklas. Ze is vrolijk, goedlachs; een echte spring-in-‘t-veld. Vaak kan ze met haar zus fijn samenspelen, helpt ze mama met allerlei klusjes en noemt meester Stijn haar een voorbeeld voor de klas. 

Andere dagen luistert ze niet, zegt mama. Dan praat je als het ware tegen een muur en doet ze eenvoudigweg haar zin. Ze haalt dan het bloed van onder mijn nagels door me te negeren.   

Dan schreeuw ik wel eens: ‘moet ik jouw oren eens uitspuiten misschien?’  

Deze situatie escaleert heel vaak in een fikse ruzie, waar we beiden triest uitkomen. Wat kan ik doen om Suze te laten luisteren, ook op deze moeilijke dagen? 

Laten we starten bij de vraag:

"Hoe ziet een kleuter dit?"

Aangezien Suze voornamelijk het meisje is dat wel contact maakt, de andere hoort en kan rekening houden met een ander kunnen we stellen dat ze zeker in staat is tot het afstemmen van haar communicatie. 

We moeten dan voornamelijk de vraag stellen: wat maakt dat net dit moment/deze situatie zo lastig is voor Suze? Horen wij haar wel? Wat wil zij zeggen? 

Gedrag is ook communicatie. Om deze communicatie te begrijpen, moeten we verder kijken dan de oppervlakte. Is er sprake van een onvervulde behoefte? Is er een gebrek aan informatie voor Suze of is er een te grote spanningsopbouw? 

We kunnen stellen dat de verbinding tussen ouder en kind op dat moment wat verbroken lijkt. Om terug mét elkaar te kunnen praten, in plaats van naast elkaar, dient deze verbinding hersteld te worden. Geen gemakkelijke opdracht en al zeker niet voor jouw kleuter. Dit herstel initieer jij als volwassen partij. Jouw hulp is nu cruciaal. 

4 tips om zelf mee aan de slag te gaan.

1.  Vertraag

Hoor wat jouw zoon/dochter zegt zonder woorden, in het gedrag. Kijk niet enkel naar het negatieve oppervlakkige gedrag, maar zoek verder. Wat is er echt lastig op dit moment? Neem deze boodschap oprecht ter harte. 

Het is belangrijk om als volwassenen mee te kijken of dit gevoel van uitsluiting continue aanwezig is of eerder een op zichzelf staande gebeurtenis. De klasleerkracht kan je hier misschien uitgebreider over informeren of even meekijken naar de situatie. 

2. Begrens en toon begrip.

Begrens het gedrag, maar toon daarbij ook begrip voor de emotie. Enkel zo lukt het om elkaar terug te vinden en kunnen we elkaar terug horen. Deze verbinding tussen jou en je kleuter is noodzakelijk om verder naar een oplossing te zoeken.  

3. Kijk naar ieders noden

Kijk zowel naar jezelf als naar jouw kleuter. Wat heb jij nodig en wat heeft jouw zoon/dochter nodig om samen, afgestemd op elkaar, rustig verder te kunnen?  

4. Verwacht geen magische oplossing

Verwacht geen plotse oplossing of magische verandering van de situatie, maar zoek samen kleine stappen naar herstel en naar alternatief gedrag dat wel oké is voor beiden. 

Wil je graag eerdere artikels lezen?